donderdag 25 september 2008

Dinsdag, woensdag en donderdag hebben we veel interviews afgenomen samen met onze gids Eddie. Het dagpatroon bestond uit: opstaan om 8u, dala dala nemen naar de stad, rondlopen met Eddie en interviews afnemen tot hij moet gaan bidden smiddag’s, dan eventjes iets gaan eten, ’s namiddags nog drie uurtjes rondlopen met Eddie, en vervolgens terug de dala dala op naar Bububu. Hard werken dus, bij 30°C rondlopen in de zon, en afzien voor onze vriend Eddie, die vast tijdens de Ramadan en dus niet mag drinken. Alles voor Allah!

Vrijdag hebben we eventjes het werk overlopen, en interviews ingetypt. Er was is de Viavia de vorige avond een groep van Joker reizen aangekomen die er twee dagen zou blijven. Tot onze grote vreugde bestond de groep uit 11 bevallige jonge deernes, en slechts 3 mannen. Vrijdagavond had Ingrid voor hen een feestje in elkaar gestoken: stoelen in de bar aan de kant, en live Afrikaanse muziek. Veel kontschuddende negertjes en negerinnetjes later werden dan de Belgische konten en iPods bovengehaald. Op de tonen van westerse muziek, waaronder natuurlijk Milk inc., hebben we onze lokale vrienden dan geleerd wat de 90ies zijn! Onze rasta vriend Mzushi, vaste klant in onze bar, kon ons echter wel nog veel bijleren op vlak van marginale danspasjes: de hondjes dans (met tong uit de mond) en de tralali-tralala (met handjes in de lucht), subliem!

De volgende dag hebben we het rustig gehouden, met nog wat interviews overlopen, en vragen verzinnen voor de interviews met de mensen van de overheid.
Zondag was het plan om volledig de toerist uit te hangen. We zijn dan smorgen’s vroeg naar Stone Town gegaan, en hebben een bootje met schipper en snorkelgerief gehuurd. Het plan was om te gaan snorkelen en naar Pison island te gaan. We hadden beiden nog nooit gesnorkeld, en we wisten totaal niet hoe het ging verlopen. We voeren met ons bootje in de richting van Bao island. Op een gegeven moment werd het water lichtblauw en kon je de bodem en het koraalrif zien. Onze schipper legde het bootje stil, en verzekerde ons: ‘is nice here, no sharks, no baracuda’s’. Ok, goed om te weten. We deden onze zwemvliezen en snorkeltjes aan, en twee minuten later zaten we in een wondere onderwaterwereld. Het rif zat vol met van die tropische vissen als op National Geographic, maar dan in het echt. Knalgele, oranje, blauwe, zebra, grijs met paars, pikzwart, Nemo’tjes, en alle kleuren van de regenboog gecombineerd. Soms zwom er een school piepkleine visjes voor je uit, die dan mooi samen uit de weg gingen en terug samenkwamen. Eén vissoort, die grijze met paars, waren heel nieuwsgierig, en bleven op 30 cm van je zwemmen en je frontaal aankijken tot je weer voorbij was, heel grappig. Er waren ook van die zeeanemonen waar de visjes tussenvluchten voor bescherming, en een soort stekelige zwarte schepsels op de bodem (zee-egels?).





Toen we alles gezien hadden wat we wilden zien zijn we terug aan boord geklommen, en zetten we koers naar Prison Island. Daar was weinig boeiends te zien, buiten de reuzenschildpadden die we wat onkruid mochten voederen, en een oude gevangenis die nooit als gevangenis gebruikt is geweest.
Blijkbaar schort er toch nog iets aan het concept van een voormiddag met je buik in het water gaan liggen: want een paar uur later bleek dat onze ruggen een kreeftmutatie hadden ondergaan: knalroodverbrand. Liters aftersun-lotion later zijn we dan in de minst pijnlijke houding in ons bedje gekropen. Volgende keer toch best insmeren met super-waterproof zonnecrème.

Maandag zijn we begonnen met meetings te regelen met de mensen van de overheid, samen met mr. Udi, een architect die bevriend is met onze begeleider Ghalib, en die meer tijd voor ons heeft dan Ghalib zelf. Jammer genoeg zijn die overheidsmensen vaak druk bezet, of ze doen tenminste alsof, en werken ze niet al te hard tijdens de Ramadan (buiten de Ramadan misschien ook niet). Het kost dus veel moeite om al die mensen te pakken te krijgen.
Bij de Town engineer hadden we geluk, want die wilde graag met ons spreken, maar de director van de Michenzani Construction department vroeg jammer genoeg naar onze Research permit, die we nog steeds niet aangevraagd hadden. Als we met die mensen wilden spreken was het dus blijkbaar toch nodig om een permit aan te vragen. We zijn woensdag dan maar begonnen met naar de Chief minister’s (de eerste minister) office te gaan, gewapend met onze aanbevelingsbrief van de Ardhi University in Dar es Salaam. Om 9 uur stonden we paraat, maar de verantwoordelijke zou om 11u er pas zijn. Om tien voor 12 was hij er dus (Swahili time, African style). Hij gaf ons elk een formulier mee, dat we 3 keer moesten kopiëren, invullen, en 3 pasfoto’s erop plakken. Voor de zachte prijs, ahum, van 75 dollar zouden we dan een research permit krijgen. Na een bezoekje aan de copyshop en de Photo-express service, begon het ons te dagen dat ze ons waarschijnlijk 2 permits wilden aansmeren aangezien we met 2 zijn. Dan zijn we teruggegaan en begonnen met uitleggen dat we wel degelijk maar 1 onderzoek doen, en maar 1 thesis schrijven, maar dan zeiden ze: ‘ja maar dat staat niet op uw brief van de Universiteit’. Na wat onderhandelen van mr. Udi gingen ze er nog eens over nadenken. Ondertussen was het al 2 uur gepasseerd, het leuke uur waarop precies alles van de overheid hier sluit, dus konden we die dag niks nuttig meer uitvoeren.

Donderdagochtend zijn we dan met onze formuliertjes netjes ingevuld teruggegaan, maar toen we bij het kantoor om te betalen aankwamen kwam het erop neer dat ze ons toch twee keer 75 dollar wilden laten betalen: ‘Yes, but you are with two persons so you need two permits, because it is with a picture, and blablabla…’. We gaven ons niet zo snel gewonnen natuurlijk, en we zeiden dan maar dat we maar 1 permit moesten hebben, en dat de andere dan wel zou thuisblijven van het onderzoek. Na wat gediscussieer stemden ze er dan mee in dat ik een permit nam en Jasper zogezegd zou thuisblijven, met de waarchuwing: ‘yes, but the other one has to stay home, otherwise if the security officer sees you two, you have 24 hours to leave the country’. Ok, dag en bedankt. Morgenvroeg zouden we de permit mogen afhalen. We zijn benieuwd.

maandag 15 september 2008


Zicht op de Michenzani blokken vanop het dak van blok 8.


Wij met (een van) onze gids(en) Abraham.


Groepsfoto met de East Bush family.


Eetfestijn bij Abraham en zn vrienden.


"Vijver" in Magomeni.


Voetbalveld in Kikwajuni met brandend afval en wandelende grasmaaier.


'Schat, kan je de dampkap eventjes aanzetten?'



Op vrijdagochtend zijn we met onze gids Eddie, vriend en collega van onze eerste gids Babu, naar Miembeni gegaan, de buurt achter Michenzani blok nummer 9. We wilden opnieuw de Shehia spreken die ons een paar dagen eerder al had ontmoet. Hij had weinig tijd voor een interview blijkbaar, een half uurtje vond hij blijkbaar immens lang, dus maakten we met hem een afspraak voor zaterdagochtend.

Dan zijn we maar naar Kikwajuni gegaan, de wijk waar de Shehia ons niet wou helpen, maar waar we een paar dagen eerder die man hadden ontmoet. Die had wel tijd genoeg om op onze vragen te antwoorden, want in feite is hij werkloos. Hij zit gewoon de hele dag op straat te wachten tot iemand hem een jobke geeft. We hebben de indruk dat er zo wel meer mensen zijn in Zanzibar, werkloosheid is hier een groot probleem. Hij was dan ook heel arm, had geen geld voor water en elektriciteit, maar hij was wel heel gastvrij. We mochten in zijn huis, dat hij gekregen had van een vriend, rondkijken en foto’s nemen. Hij toonde ons alle kamertjes, en met een brede smile toonde hij ons zijn speciale kamer voor zijn ‘sexuality’, een relatief propere kamer met een tweepersoonsbed erin. Voor de rest was alles wel heel primitief. Zijn toilet was gewoon een betonnen put in de grond, en zijn afval smeet hij gewoon rondom het voetbalveld een beetje verder (zoals iedereen blijkbaar, waarna het dan lekker in de fik wordt gestoken. Niets gaat boven de verse geur van brandend plastic, mmm). Al bij al een heel goed gesprek, armoede en vriendelijkheid gaan blijkbaar hand in hand.

Zaterdag zijn we met Abraham, gids nummer 3 (Eddie moest naar een begrafenis), naar de Shehia van Miembeni gegaan. Een echte grapjas blijkbaar, want Abraham lag de hele tijd strijk met z’n mopjes (helaas is ons Swahili nog niet zo schitterend). Nadien zijn we onze vragenlijsten, mooi vertaald naar het Swahili, gaan kopiëren en beginnen uitdelen in de wijk. Abraham moest wat toeristen gaan rondleiden, dus werden we verder geholpen door zijn vriend Chuni, gids nummer 4 op 4 dagen tijd, geboren en getogen in Miembeni. Een paar uurtjes later gingen we de vragenlijsten ophalen, en er waren toch al 4 mensen die hem keurig hadden ingevuld, hoera!
Vlak voor zonsondergang gingen we nog met Abraham en z’n vriend Ibrahim langs de wijk waar hij woont, een beetje verder van het centrum: Magomeni. Ze hebben hier veel last van overstromingen, waardoor er geregeld huizen wegzakken in de grond, zodat alleen het dak nog zichtbaar is. In het midden van de wijk is ook een gigantische vijver van overstromingswater dat niet meer wegtrekt. Volgens Abraham zitten er zelfs vissen in, zodat het naastliggende voetbalveld tijdens het regenseizoen kan gebruikt worden als visvijver. De mensen gebruiken het water uit deze “vijver” (lees: open riool bezaaid met afval en kraaienstront) ook om te wassen, koken, en zelfs drinken. Boodschap van Abraham: ‘Whatever you do in this neighbourhood, don’t take away the water!’

’s Avonds werden we uitgenodigd door Abraham om na zonsondergang samen met hem en zijn studentenvrienden te gaan eten bij een van zn kameraden thuis. Tijdens de Ramadan mag er overdag niet gegeten en gedronken worden, maar na zonsondergang beginnen ze te schranzen tot ze erbij neervallen. We zaten met een man of 20 allemaal in een kringetje op de grond, en in het midden stonden allemaal schotels met superlekkere gerechten: kaneelthee en mangosap, oliebollen met honing, patatjes en vlees in kokosnootsaus, chapati, zoete bananen, gegrillde viskes, … Abraham had ons op voorhand gevraagd van ons fototoestel mee te nemen, met als gevolg dat het eetfestijn nadien uitmondde in een fotoshoot (‘hey mister, take a picture of us). Zowat 50 foto’s later namen we afscheid van de East Bush Family (de naam van hun studentenvereniging) en gingen we blij en voldaan op weg terug naar Bububu.

Zondag zijn we met Eddie naar zijn thuis gegaan, hij woont in een flat in Michenzani blok nummer 4, en hebben we zijn moeder geïnterviewd. Nadien zijn we ook naar zijn broer gegaan, die blijkbaar nog lag te slapen toen we langskwamen rond 11.30u. Tijdens de Ramadan is niemand echt heel actief hebben we al gemerkt. Hij deelde ook nog wat van onze vragenlijsten uit bij z’n buren in blok 8. ’s Middags zijn we iets gaan drinken terwijl Eddie ging bidden in de moskee, en nadien zijn we nog wat vragenlijsten gaan ophalen in Miembeni. De oogst was deze keer wat minder, 2 half ingevulde lijsten, en sommigen waren spoorloos verdwenen. Dus: 4 deftig ingevulde lijsten op 20 uitgedeelde. Nadien zijn we nog wat vragenlijsten gaan uitdelen in blok nummer 9, en een interview gaan afnemen van een vriendelijke vrouw, iemand die eindelijk onze vragen eens deftig begreep.

Maandag rustdag, dan kunnen we eindelijk onze interviews eens verwerken.

donderdag 11 september 2008

Werkwerkwerk

De voorbije week hebben we al heel hard gewerkt. Maandag en dinsdag zijn we gaan rondlopen in de wijken rond de Michenzani blokken, met een kaartje gebaseerd op een luchtfoto in de hand. Dan hebben we systematisch de gebouwhoogtes en de winkeltjes in kaart gebracht. Soms keken de mensen wel raar op dat er twee Mzungu's (blanken) langskwamen om nota's te nemen. Sommige mensen keken een beetje argwanend en zeiden geen goeiedag terug als we iets zeiden. De kindjes daarentegen waren meestal heel blij om ons te zien en roepen allemaal: Mzungu, mzungu! En dan zeggen wij: Mambovipi! (hallo, hoe gaat het?) En dan zeggen ze in koor: Poa! (cool). In de wijk rond het Kikwajuni project was er wel een supervriendelijke oude man die meteen ons aansprak en zei dat als we vragen hadden we maar naar hem moesten komen, en hij wees ons meteen zn huis aan en stelde ons zn familie voor. In een andere wijk kwam de Shehia, een soort dorpshoofd, meteen in paniek op ons afgelopen om te vragen wat we kwamen doen.

Het bleek dus toch slimmer om eerst bij alle Shehias langs te gaan om ons te gaan voorstellen, en dat is dus wat we gedaan hebben op woensdag en donderdag. Wegens de ramadan moesten we wel wachten tot het bijna etenstijd was, tegen zonsondergang dus, omdat ze dan volgens onze gids Babu dan wat beter gezind zijn omdat ze bijna mogen gaan eten. De eerste Shehia op woensdag was heel vriendelijk, maar de tweede, op donderdag, weigerde met ons te praten. Hij zei dat we een brief van de overheid nodig hadden om onderzoek te mogen doen, wat in feite niet echt waar is voor studenten. We hadden een brief bij van de universiteit in Dar es Salaam, maar dat was blijkbaar niet goed genoeg voor hem. Dit is wel een tegenvaller, want als we in die wijk nu onderzoek willen doen moeten we het wel wat low-profile houden. Gelukkig kennen we in die wijk toch al onze vriendelijke oude man om te gaan interviewen.
Dan zijn we maar naar de naburige Shehia gegaan van de wijk ernaast, en die wou gelukkig wel met ons praten. Nadien begon hij ons zelfs vragen te stellen over onze studie en over onze favoriete engelse voetbalploeg, ze zijn hier zot van engels voetbal en elke dala dala heeft wel een sticker van manchester united of arsenal op zn ruit hangen. Daarna zei hij dat we maar moesten doen alsof we thuis waren in zn wijk, ideaal dus.

Vandaag gaan we proberen nog een Shehia te ontmoeten, en al beginnen met interviews van bewoners af te nemen. Tot de volgende update.

woensdag 10 september 2008

R.I.P.

goeiemorgen,

Het is al weer een tijdje geleden dat we hier iets van ons hebben laten horen maar we hebben daar onze redenen voor. Ikzelf heb vorige week enkele dagen in bed gelegen, lekker lui niets doen (behalve dat ik meer heb gezweet dan gedurende een gemiddelde training tijdens de voorbereiding). Voor de rest zijn we afhankelijk internet verbinding en van de staat van de stroomvoorziening die oa. onze satelliet, voor wireless, moet voorzien. En last but not least we hadden gewoon geen tijd omdat we betere dingen te doen hadden ( knipoog).

Op algemeen verzoek, omdat het blijkbaar voor de meesten niet echt duidelijk is wat we hier uitspoken buiten genieten van het mooie weer, het lekkere eten en de knappe gesluierde grieten ( we gaan er toch vanuit dat het knappe grieten zijn onder die sluiers want anders zijn het gewoon maar wandelende tapijten).
We zijn hier uiteindelijk gekomen om de interface ( ruimtegebruik, perceptie, enz...) te onderzoeken tussen informele( de zogenaamde sloppenwijken die geen sloppenwijken zijn) en formele woningen (in dit geval de over gedimensioneerde bouwblokken die door een socialistische regering zijn gebouwd nadat ze een deel van die informele wijk van de kaart hebben geveegd.)zie foto... jaja de duitsers hadden er iets mee te maken!!!! Als jullie meer informatie willen jullie kunnen altijd terecht bij scoop, wikipedia, onze proffen ofwel bij ons zelf via onze e-mail.

Om mezelf van die malaria te verlossen moest ik, 5 opeenvolgende dagen, een flinke jongen zijn wanneer mijn gekleurde vriendin een spuitje in mijn kont prikte. Ondertussen is het ramadan, duidelijk een periode van dorst en honger lijden want het is moeilijk een vrolijk iemand tegen te komen maar ik moet zeggen dat mijn kontprikkende vriendin geen last had van de ramadan. Ze had een glimlach zo breed als mijn eigen goed gevulde kont.
De spuitjes deden hun werk want vanaf dag 2 had ik geen koorts meer en had ik ook geen last van stijve en pijnlijke gewrichten. Alleen de stijve nek en lichte buikpijn bleven aanwezig tot vrijdag.

Ondertussen omdat ik "thuis" moest blijven en maarten niet stil kon zitten, gedreven door het gevoel van werkloosheid en de nood om in actie te schieten omdat we het wachten op andere beu zijn, is maarten reeds op verkenningstocht gegaan, terwijl ik verder thesissen aan het lezen was, voor zo ver ik mijn ogen kon openhouden. Dankzij google earth en wat recent thesis materiaal hebben we via de plannen kort kennis gemaakt met de door ons gekozen wijken. En dat omdat we nog steeds aan het wachten waren op contactgegevens van onze gids/tolk. African style....hakuna matata

Vrijdag na mijn laatste spuitje, zijn we dan samen naar het kantoor geweest van Galib, onze "hoofdbegeleider" hier op zanzibar. Galib had een verrassing voor ons: zijn assistent Mohammed. We kregen een gidsbeurt doorheen verschillende wijken met als doel een beter beeld te krijgen op de verschillende wijken vooraleer we onze keuze zouden maken, maar we waren de afrikaantjes alweer te vlug af. Het was wel een interessante rondleiding en ons gesprek met Mohammed hebben we zo goed mogelijk gereconstrueerd in een Word-file'tje. We hebben ons eerste interview beet woehoee ... zijn we dan eindelijk vertrokken? Helaas want vrijdagmiddag na het gebed begint voor de meesten ( niet officieel) het weekend en een gids en tolk moeten we niet voor maandag verwachten.

Zaterdag
Ik voelde me goed, geen last van stijve nek nog buikpijn alleen mijn bezoekjes aan het privé-kotje waren nog steeds zeer vloeiend.
Omdat we er vrijdag vroeg uit waren, hebben we deze keer lekker lang uitgeslapen en meerdere malen omgedraaid in ons bedje ( bedje: want mijn voeten hangen eruit en ik heb ondertussen een hele constructie gemaakt waardoor ik een bedverlenging heb die er ook meteen voor zorgt dat ik minder last heb van mijn muskietennet.) We konden ook uitslapen omdat er niets van toeristische uitstapjes waren gepland. Het werd weer een dagje met de computer werken. En als we het beu waren om naar ons scherm te kijken dan hadden we nog altijd enkele thesissen die konden zorgen voor aangename afwisseling.
We zaten allen gezellig samen: maarten, ingrid en haar familie en ik tot er plots redelijk luid een "plets" weerklonk in het barretje, gevolgd door een nog luidere " what the f*ck!". Maarten zat in een lage zetel te werken aan zijn flaptop toen er plots een meters-lange gif groene enkele duim dikke slang tussen zijn benen viel. Hij dacht eerst dat het een stuk touw van het rieten dak was dat naar beneden viel maar bedacht zich nadat hij zag dat het een groene kleur had, bewoog en begon te sissen. Met een elegante sprong "cirque de soleil" waardig zat hij volledig op de zetel om uiteindelijk bekomend van het verschot de slang weg te zien glijden. Hilariteit alom bij de aanwezige locals want die hadden natuurlijk al lang gezien dat er een slang opgerold tussen de balken van het dak lag. Het was blijkbaar gewoon een kwestie van tijd eer die slang naar beneden zou vallen. Meestal kan je weten dat er een slang aanwezig is in of op het dak want dan regent het geko's of hagedisjes, maar omdat dat die slang er al zo lang lag waren die hagedissen al lang verdwenen en wisten de arme blanke jongens weer van niets.
Op deze tot nu boeiende zaterdag moet ik met spijt in het hart melden dat mijn flaptop voor een 4de keer in 2,2 jaar tijd mij verlaten heeft. Dus, sorry mama omdat we nu nog maar 1 flaptop ter beschikking hebben zal ik veel minder kunnen reageren op je mailtjes. En broerke, ik moet voor jou dus geen souvenir meepakken want jij kan je dan meteen weer bekommeren om mijn hoopje hoogstaand technologisch ongeluk.
We hebben de dag afgesloten met een zeer zeer foute film: zohan ( russischachtig gesproken met een engelse ondertiteling een ondertiteling die nergens opsloeg... hilarisch gelukkig vonden onze locale vrienden dat ook... want wij hadden die film uitgekozen uit een DVD met 10-tal illegale recente films erop)

zondag:
(foto's volgen nog) Nu we hier toch zijn kunnen we toch even goed de toerist uithangen, en dat hebben we dan ook gedaan. We zijn onder begleiding van de allerbeste locale kok Babu ( onze eigen kok van het viavia travel café) de bekende spice tour gedaan... een tour waar alle zintuigen worden getest, voelen, proeven, zien, ruiken, horen ( je moet toch ook luisteren naar je gids, niet?) het was echt de moeite waard gevolgd door een lekkere maaltijd klaargemaakt door de mama van onze kok. Omdat we het goedkoper wouden doen dan de toeristische spice tours hebben we op de terug weg wel een stukje moeten wandelen naar de hoofdweg om daar een dala dala te nemen. Het blijft een weinig voorkomend fenomeen: blanken op een dala dala. Ze weten niet wat er gebeurt als ze 2 blanken een daladala zien opstappen want al die andere toeristen nemen altijd een taxi. Als we iedere keer geld zouden vragen als ze een foto van maarten nemen in een dala dala dan zouden we hier gratis kunnen drinken. ( by the way mama ik ben al 2 weken sober, ik drink nu liters frisdrank op een dag hèhè knipoogske)
Het was een warme dag en het wandelen in volle zon heeft er voor gezorgd dat we tevreden maar moe aankwamen aan ons hotel. Ik had zelf lichtjes koorts maar na een kort dutje was dat weer in orde.

Maandag en disndag en woensdag volgen nog ( laten we al maar zeggen dat er hard gewerkt is geweest en dat we er dus eindelijk kunnen in vliegen)

maandag 1 september 2008


Voor de mensen die zich afvragen wat we hier onderzoeken: Dit is 1 vd Michenzani blocks


Jasper en Pieter op het terras van de Irish Pub in Dar


Terras van Viavia


Nachtval vlakbij de Viavia


Jasper jogt op het strand


Aapje op de campus in Dar es Salaam

Those damned mosquitos!

Nadat het zonneke zich liet zien hebben we op zondagnamiddag Stone Town verkend. Groenten- en beestenmarkt, smalle straatjes, veel winkeltjes met toeristische crap, veel gebouwen die ooit mooi zijn geweest maar dringend een likje verf nodig hebben, en enkele mooi onderhouden gebouwen die steeds hotels blijken te zijn. Ook hier en daar een ingestort gebouw jammer genoeg, en op elke straathoek en aan elk winkeltje een kerel die ‘Mambo, hello my friend, look inside my shop’ zegt, of elke taxichauffeur die je passeert zegt hoopvol: ‘teksi?’ Meestal volstaat een ‘Hapana’ (nee) om ze te doen zwijgen, hoewel ze dan soms ook zeggen: ‘o you speak Swahili?’ waarop wij dan: ‘Kidogo Kidogo’ zeggen (klein klein = een beetje). We zijn ook de toerist gaan uithangen: Old Fort en House of Wonders gaan bekijken. De Fordhani gardens vlakbij de zee zijn ze spijtig genoeg aan het heraanleggen, dus gesloten. Er lopen heel veel toeristen rond in Stone Town, nog nooit zoveel blanken gezien in dit land. De toeristen verplaatsen zich wel uitsluitend van hun hotel naar de souvenirshop en naar het strand, want toen we even later 200 meter buiten Stone town naar de Michenzani housing blocks gingen kijken waren wij de enige blanken in de verre omtrek. De meesten keken dan ook naar ons alsof ze nog nooit een blanke hadden gezien. Deze uitstap was voor ons echter wel educatief verantwoord, want de Michenzani blocks behoren tot ons onderzoeksgebied. Na de regen van ’s ochtens was de omgeving daar herschapen in een modderpoel. Gelukkig was het gebied voor één van de blokken, waar grote rioleringsbuizen liggen te wachten op iemand die ze in de grond wil steken, droog gebleven, dus de lokale voetballertjes konden zich eens uitleven.

Maandag hadden we om 11u, na veel bellen, eindelijk een afspraak met Ghalib Awadh van de Zanzibar planning department, die ons hier zou begeleiden in Zanzibar. Aangezien hij z’n mails niet checkt en vrij vaak van telefoonnummer veranderd wist hij totaal niet dat wij onderzoek kwamen doen. Hij was dan ook niet superenthousiast om ons te zien. Na onze thesis objective te hebben gelezen, waarin zijn naam wel 10 keer vermeld wordt, zag hij er al wat geïnteresseerder uit. Hij zou eens nadenken en ons woensdag terug ontmoeten zei hij.

Dinsdag zijn we terug naar Stone Town gegaan, nog wat rondgelopen. We namen een daladala terug naar de Viavia, dit is een goedkoop vervoermiddel, busje of soort van truck, waar 15 man in kan, en waar meestal 25 man in zit. Op de terugweg naar viavia moest hij even water over zn motor kappen om hem af te koelen, en op de heenweg waren we al van daladala moeten overstappen wegens platte band. Zegt genoeg.

Woensdag stonden we met onze bagage en al bij het kantoor van Ghalib om 11u, want het was onze bedoeling om nadien de ferry terug naar Dar te nemen om nogmaals te overleggen met de proffen daar. Een uur wachten later kwam hij rustig aangewandeld om ons te melden dat hij het heel druk had, en dat hij echt geen tijd had voor ons nu. Hij zou ons donderdag op hetzelfde uur ontmoeten. Goed, dan maar morgen de ferry naar Dar nemen. Om er toch nog een productieve dag van te maken hebben we dan maar een nieuwe thesis objective geproduceerd, aangezien onze vorige niet echt meer haalbaar was.

Donderdag ochtend. Weer een uur gewacht. Een telefoontje naar Ghalib leerde ons dat hij het weer heel druk had, veel ‘problems at the ministry’ en dat hij ons morgen zou ontmoeten. Aangezien we zeker die dag naar Dar zouden vertrekken spraken we dan maar maandag met hem af, op hoop van zegen. De ferry op de terugweg was een pak schommeliger dan die op de heenweg. Gevolg: veel kotsende mensen op de boot. De superfilm van Jacky Chan werd dan ook overstemt door het geluid van kokhalzende kelen. Eenmaal aangekomen in Dar namen we de taxi naar Mlimani city, het shoppingmall vlakbij onze campus, waar we terug werden vergezeld door Pieter. ’s Avonds dan met z’n allen eerst naar de Irish pub, waar we ook Johan en Francois (Pfaf voor de vrienden, misschien kan em goed keepen?) en nog twee Zuid-Afrikanen tegenkwamen. Ook Ernesto kwam ons vergezellen, een rasechte Italiaan, die hier werkt voor de EU. Ondanks de twee knoopjes te veel open op zn hemd, borsthaar a volonté, toch een hele sympathieke kerel. Nadien zijn we met Pieter en Ernesto gaan eten in de Sweet Easy, heerlijk, en nadien nog al het bier wat ze nog koud (Baridi Baridi!) hadden staan opgedronken (niet zo heel veel eigenlijk).

Vrijdagochtend = katertje voor Pieter en Jasper. Nog even naar de bibliotheek geweest, nog even onze nieuwe objective gaan uitprinten, en dan de meeting met Daniel Mbisso. Hij was heel enthousiast over onze nieuwe objective, dus al bij al een goed gesprek, met weeral wat nieuwe lectuur die hij ons wist aan te raden. Nadien zijn we wat gaan eten in de Irish pub met Pieter, Ernesto, en Laura, een Nederlands meisje die hier iets doet met efficiënte houtkacheltjes van Philips. Zelfs onze Italiaan Ernesto moest toegeven dat de pizza’s in de Irish pub uitstekend waren. ’s Avonds laat zijn we nog bij Johan en Pfaf thuis een pintje gaan drinken, zodat Pieter nog even afscheid van hen kon nemen.

Zaterdag hebben we afscheid genomen van Pieter, die ’s namiddags het vliegtuig nam. Al bij al was hij blij om te vertrekken, z’n onderzoek vlotte niet echt, maar vooral omdat hij z’n vriendin miste denk ik. ’s Namiddags namen we de ferry terug naar Zanzibar. Na de film Ali (die met Will Smith) te hebben gezien zijn we ’s Avonds zijn we met Ali van de Viavia en z’n maat Mohammed (jawel, Mohammed en Ali) naar de disco op het strand geweest. Jammer genoeg was er weinig volk, maar het was wel grappig om wat zatte Afrikanen te zien dansen op Swahili RnB. Aangezien we moe waren zijn we wel vrij vroeg in ons bedje gekropen.

Zondag veel gelezen in de, weeral, nieuwe literatuur. Veel meer konden we niet doen, aangezien we nieuwe contactpersonen en een tolk nodig hebben, waar Ghalib ons hopelijk aan kan helpen.

Vandaag ’s Morgens vroeg zijn we naar de Clinic geweest, want Jasper voelde zich niet zo lekker. Diarree, koppijn, draaierig. Chaos van jewelste daar. Uiteindelijk toch aan een malariatest en een dokter geraakt. Het lokaal voor de malariatest had veel weg van ons lokaal van biologie vroeger op school: vuile lavabo, met vuile proefbuisjes erop, een paar apparaatjes voor te centrifugeren en een microscoop. Gelukkig is een malariatest geen rocket science, maar gewoon een druppeltje bloed onder een microscoop houden. De malariatest bleek negatief, maar dat wil niet zeggen dat je geen malaria hebt. Dan maar naar de dokter. Die stelde toch vast dat Jasper alle symptomen van Malaria had, maar daarvoor moesten we wel eerst een kwartier wachten tot iemand, ongetwijfeld de enige, thermometer bracht. De dokter schreef Jasper injecties voor, aangezien de pillen niet genoeg zouden werken op ons westerse immuunsysteem. Een bezoek aan de pharmacy en een prikje later, (what what, in the butt), met propere naalden gelukkig, stonden we weer buiten. Terug naar huis, en Jasper in z’n bedje gestopt. Vanmiddag hebben we (ik dus) weer een afspraak met Ghalib. Hopelijk nu wel met resultaat.